De voorwaarden van de NOW-regeling zijn 31 maart 2020 bekend gemaakt. Vanaf 6 april 2020 kun je de aanvraag bij het UWV naar verwachting indienen. Voldoe je aan de voorwaarden dan kun je binnen twee tot vier weken een voorschot verwachten.

Heb je gedurende drie maanden tenminste 20% omzetverlies, dan kun je vanaf 1 maart 2020 een tegemoetkoming van maximaal 90% van de loonsom krijgen naar rato van de omzetdaling. Is je omzetverlies 100% dan is de tegemoetkoming 90%, bij 50% omzetverlies is dat 45% van de totale loonsom. Voorwaarde is dat je de medewerkers hun reguliere salaris blijft doorbetalen en dat je geen ontslag aanvraag om bedrijfseconomische redenen.

In de regeling spelen twee variabelen een grote rol: de omzet en de loonsom. Hoe hoger het omzetverlies, hoe hoger de tegemoetkoming in de loonsom voor je als werkgever.

Bepalen omzetverlies

Je bepaalt het omzetverlies door de omzet in 2019 te delen door vier. Vergelijk deze omzet met de omzet in maart-april-mei 2020. Als je omzetverlies pas later zichtbaar is, kun je de omzetvergelijking ook één of twee maanden opschuiven, dus april-mei-juni of mei-juni-juli 2020.

Bepalen loonsom

Het UWV gebruikt de gegevens uit de loonaangifte bij de Belastingdienst om de loonsom te bepalen. Het UWV neemt hiervoor het zogenaamde ‘sociale verzekeringsloon’. Hier komt voor alle bedrijven dezelfde opslag van 30% bovenop voor werkgeverslasten, zoals de opbouw van vakantiegeld, pensioen en de werkgeverspremies. Aan het loon zit een maximum per werknemer van € 9.538,– per maand. Salaris boven dit bedrag wordt niet gecompenseerd. Ruim 98,5% van de werkenden valt onder dit maximum.

De loonsom in de subsidieperiode wordt vergeleken met de loonsom van januari zoals bekend bij de Belastingdienst. Als die ontbreekt, wordt de loonsom van november 2019 genomen. Om calculerend gedrag te voorkomen, worden wijzigingen in de loonaangifte van januari die na 15 maart zijn doorgegeven, voor deze regeling niet meegenomen. Vanwege het belang van de loonsom voor de subsidie is het belangrijk dat werkgevers tijdig loonaangifte blijven doen bij de Belastingdienst.

Flexwerkers

Iedereen voor wie loonaangifte wordt gedaan en verzekerd is voor de WW, ZW of WIA, valt onder de loonsom waarvoor subsidie ontvangen kan worden. Ook het salaris van flexwerkers wordt gecompenseerd, er is geen onderscheid naar contractvorm, zolang de medewerkers in dienst blijven (dus ook werknemers met een nulurencontract). Heb je een payroll- en uitzendbedrijf, dan gelden dezelfde voorwaarden voor jou voor de NOW als voor reguliere werkgevers.

Deze subsidieverlening voor de loonkosten geldt vanaf maart t/m mei 2020. Voor 1 juni 2020 zal worden besloten of er voor een volgende periode subsidie wordt verleend.

Heb je als werkgever meerdere loonheffingennummers en wil je voor de hele loonsom subsidie ontvangen, dan moet je per loonheffingennummer de aanvraag indienen. Je moet dan wel de omzetdaling opgeven die voor de hele onderneming wordt verwacht; dus elke aanvraag valt dan in dezelfde meetperiode.

Binnen 24 weken na afloop van de periode waarop de NOW aan je is toegekend, moet je een ‘vaststelling van de subsidie’ aanvragen. Afhankelijk van de hoogte van de subsidie moet je een accountantsverklaring bijvoegen. Hoe hoog die grens is en welke financieel adviseur die verklaring mag afgeven, wordt nog bekend gemaakt. Binnen 22 weken na ontvangst van de aanvraag ‘vaststelling van de subsidie’ zal het UWV de definitieve subsidie vaststellen. Dan kan er sprake zijn van een nabetaling of terugvordering, als het omzetverlies hoger of minder hoog is geweest.